• Theater Instituut Nederland, Zichtlijnen 28, april 1993

    In het vorige nummer van Zichtlijnen heeft u kunnen lezen hoe het Nederlands Theater Instituut gefuseerd werd tot het Theater Instituut Nederland. Desondanks blijven zij ook de komende maanden een aantal activiteiten organiseren waaruit hier een keuze.

    Tentoonstellingen
    11 maart t/m 16 mei
    Het theater van de toekomst
    Onder deze titel presenteert het Theaterinstituut een programma met drie onderdelen: een tentoonstelling, een onderwijsproject en een discussieprogramma.

    Zes Nederlandse theatervormgevers verbeelden hun visie op dit onderwerp in de expositie Het theater van de toekomst in het Theatermuseum. De vormgevers zijn Sanne Danz en Carolien Scholtes, Jos Groenier, Erik Kouwenhoven, Frans Malschaert en Marc Warming. Zij zijn uitgenodigd om ieder in één museumzaal te laten zien hoe zij zich de toekomst van het theater voorstellen. Van hun persoonlijke invulling hangt af welke aspecten het meest benadrukt worden, de voorstellingsruimte, het genre, de technologische vernieuwingen, de spelers of het publiek.

    Carolien Scholtes studeerde aan de Rietveld Academie (1982-1987) in Amsterdam en aan de Rijksacademie Amsterdam waar ze Sanne Danz ontmoette. Ze ontwierp onder andere het toneelbeeld voor Voor wie nooit slaapt van het Concern, De meisjes van Verkade van Coup d’Amour en voor Philidor’s defence bij de Rambert Dance Company in London.

    Sanne Danz volgde haar opleiding vaan de Academie voor Beeldende Kunsten Minerva in Groningen en aan de Rijksacademie Amsterdam. Sinds 1986 is zij werkzaam als freelance scenograaf en ontwierp onder andere voor Suver Nuver, Theater Zuidpool uit Antwerpen, het Zuidelijk Toneel, De Voorziening, Grand Theater, IndepenDance, Maccus en Coup d’Amour. De titel van de tentoonstelling die zij samenstelden luidt: ‘De verleiding van Gilles de la Tourette’.

    Jos Groenier studeerde scenografie aan de Jan van Eyck Academie in Maastricht. Gedurende enkele jaren assisteerde hij regisseur-vormgever Rudolf Corens bij tal van opera-, theater- en televisieproducties in binnen- en buitenland maar sinds 1978 werkt hij als zelfstandig ontwerper en sinds 1984 ook als regisseur. Tevens is hij medeoprichter van de Utrechtse Theater Initiatieven. De titel van zijn aandeel in de tentoonstelling is ‘La jolie rousse’.

    Marc Warning maakte zijn eerste decor toen hij nog op de toneelschool zat, daarna was hij werkzaam bij het Onafhankelijk Toneel en Maatschappij Discordia. Van 1984 tot 1987 werkte hij als freelance theater- en grafisch vormgever voor onder andere de Toneelschuur, het Onafhankelijk Toneel, Theatergroep De Salon en Toneelgroep Baal. Sinds 1987 werkt hij bij het Onafhankelijk Toneel als vormgever en acteur. ‘Come on in we’re open’ is zijn invalshoek.

    Erik Kouwenhoven rondde in 1988 zijn studie scenografie aan de Gerrit Rietveld Academie af. Enige tijd was hij werkzaam als vaste assistentscenograaf bij Jan Fabre. Sinds 1986 werkt hij als scenograaf voor met name choreografen. In 1991 werd in het Korzo Theater in Den Haag zijn eigen theatervoorstelling The Art to find the mind’s construction in the face gepresenteerd en op 11 februari 1992 is zijn Le rêve d’un curieux/Der Traum eines Neugierigens in het Theater am Turm Probebühne in Frankfurt in première gegaan. Zijn thema is ‘Monument voor de ideale toeschouwer’.

    Frans Malschaert studeerde teken, schilderen en kunstgeschiedenis en werkt als beeldend kunstenaar, beeldend projectmaker en theatermaker. In 1978 richtte hij Theater Sirkel op en vervaardigde een 30-tal beeldende theaterproducties waaronder Kippevel, Vuurrood, Blok en Lot. Zijn zaal is genaamd ‘Halfway between choice and fate’.

    Tevens in het kader van Het theater van de toekomst voert Ritsaert ten Cate, in opdracht van het Ministerie van Onderwijs en Wetenschappen en het Ministerie van WVC, in de 18de-eeuwse Slingelandtzaal, een onderzoek uit met de bedoeling een opzet te maken voor de twee-fasen studie voor professionele Nederlandse theatermakers en nieuwe onderwijsvormen te ontwikkelen. Het is niet duidelijk wat dit in de praktijk zal gaan betekenen, ook voor Ritsaert ten Cate niet. Duidelijk is alleen dat de zaal in eerste instantie zal worden uitgerust met een paar stoelen en een tafel, twee monumentale kandelaars en een rek met kostuums van Maatschappij Discordia. Die inrichting zal in de tijd groeien en veranderen.

    De tentoonstelling en het onderwijsproject zijn ingeluid met discussiebijeenkomsten op zaterdag 13 en zondag 14 maart.

    Lezing
    Dhian Siang Lie
    zal in het kader van deze tentoonstelling een lezing geven over zijn visie op de toekomst van de theatertechniek. Die lezing zal plaatsvinden op maandag 17 mei aanstaande om 17.00 uur in het Theaterinstituut. De ondertitel van deze lezing luidt ‘Met theatertechnici terug naar de toekomst van het theater’.

    Tot en met 16 mei 1993
    Olivier Roosenburg, affiches
    Circa 40 affiches voor theaterproducties.

    Het Theatermuseum en het Theaterinstituut zijn gevestigd aan de Herengracht 168 te Amsterdam. Het museum is open van dinsdag tot en met zondag van 11.00 tot 17.00 uur. Voor nadere informatie kunt u bellen 020-623 5104.

    Terug

LID WORDEN